Annemarie van den Broek was gespreksleider tijdens de sessies.
Fontys wil graag uitgroeien naar dé kennisinstelling van de regio, waar het talent van studenten en onderzoek centraal staan en met een efficiënte en wendbare organisatie. Gaat dat volgens plan? Ongeveer honderd collega’s praatten afgelopen maand in vijf sessies mee over de tussenstand van de Fontys for Society-strategie. Met behulp de Appreciative Inquiry- methode.
Samen met Martijn Derksen leidde Annemarie van den Broek de sessies. Beiden zijn zowel docent als lid van een van voormalige strategiegroepen die de visie ondersteunden (en nu overgegaan zijn in de regiegroepen). Een eerste terugblik door Annemarie van den Broek. Wat is opgehaald?
Maar eerst: waarom kozen jullie voor de Appreciative Inquiry-methode? ‘We wilden graag weten hoe het gaat met de verschillende veranderopgaven uit de Fontys for Society-strategie. Dat kan via een documentenonderzoek, en dat gebeurt óók, maar het leek ons ook een goed idee om het aan medewerkers en studenten zelf te vragen. Mensen die echt ontevreden zijn, laten zich vaak al wel horen, dachten wij. Daarom kozen we voor de Appreciative Inquiry-methode. Dat betekent “waarderend onderzoeken”, waarbij je aangeeft wat goed gaat en wat nodig is om dingen beter te doen. Daarop kun je voortbouwen. De sessies begonnen steeds met diepte-interviews tussen twee deelnemers die zij later presenteerden aan de groep. Zo verdiep je je echt in personen, hun drijfveren en wat zij nu echt belangrijk vinden. Ook grenzen en belemmeringen waar we tegenaan lopen, komen dan goed naar boven. We spraken met een mooie afspiegeling van Fontys, denk ik. Mensen uit de diensten en instituten, docenten, ondersteuners en managers en ook enkele studenten. Soms schoof een directeur aan. Deze combinatie van mensen leverde mooie gesprekken op.’
Wat kregen jullie te horen? ‘Deelnemers gaven aan dat de manier waarop we ons georganiseerd hebben, niet altijd matcht met de gewenste onderwijsvernieuwing. Bijvoorbeeld omdat onze organisatie sterk georganiseerd is in instituten, wat het niet altijd makkelijk maakt om over instituten heen samen te werken. Of bijvoorbeeld de systemen die we hanteren voor toetsing. Die matchen niet altijd met de meer open vormen van onderwijs. [tekst gaat verder onder foto]
Aandacht voor persoonlijke ontwikkeling is een belangrijk issue.
Zowel studenten als medewerkers vonden dat het belangrijk is dat er voldoende aandacht is voor persoonlijke ontwikkeling. Wie ben jij en wat zijn je talenten? Daar gaat het over. Ook dat Fontys rekening houdt met inclusie en diversiteit. Er liggen ook kansen in de samenwerking tussen werkveld en onderwijs, bleek uit de gesprekken. En net als met vernieuwing van het onderwijs, krijg je dan ook te horen dat de inrichting van onze organisatie en onze leeromgevingen niet altijd goed aansluiten bij de idealen en dat we daarbij nog te veel intern gericht zijn. Bijvoorbeeld omdat werkveldpartners een gastaccount moeten maken om feedback aan studenten in Canvas te geven. Ander voorbeeld is dat sommige opleidingen al heel goed de verbinding met elkaar maken ten opzichte van het bedrijfsleven, terwijl andere opereren vanuit hun eigen opleiding. Terwijl, voor de bedrijven in de regio maakt het helemaal niet uit met welke studie ze precies te maken hebben. Die willen gewoon met Fontys in zee. In Venlo reageerden sommige aanwezigen in eerste instantie teleurgesteld omdat het college van bestuur er niet bij was. Ergens bij de interne communicatie van het instituut was deze suggestie gewekt, maar dit was een misverstand. Uiteindelijk ontstond ook daar een goed gesprek en we hoorden onder meer een mooi voorbeeld van de manier waarop een van de opleidingen in Venlo samenwerkt met het bedrijfsleven. En de wens om met de economische opleidingen meer samen op te trekken.’
En, hoe ís de tussenstand? ‘Het gaat niet vanzelf, maar er is zeker draagvlak voor de Fontys for Society-strategie. We hoorden ook dat ze de onderliggende documenten nog te globaal vinden en dat we er samen veel meer invulling aan moeten geven. Maar de strategie is wel richtinggevend en daar waren de deelnemers blij mee. Dat gegeven is belangrijk, want als je een keer wankelt, moet je wel weten dat je op het goede pad zit. Anders maak je snel een terugtrekkende beweging. Ikzelf houd van vernieuwing, van mij kan het niet snel genoeg. Maar ik begrijp ook dat het voor een grote organisatie als Fontys niet zo snel kan gaan. Daarbij hebben we in het begin van de nieuwe strategie ook nog te maken gehad met de coronaperiode, waarbij de hele organisatie in een overlevingsmodus zat. Maar ik zie dat er een beweging op gang is gekomen en dat er bij zowel diensten en instituten veel bereidheid is om stappen vooruit te maken.’
Hoe nu verder? De deelnemers die deelgenomen hebben aan de sessies krijgen nog een terugkoppeling. Olof Wiegert van dienst Onderwijs en Onderzoek is nu bezig met een analysen van documenten, zoals managementrapportages. Begin juli komen de betrokkenen van deze “midterms” bij elkaar om de input te analyseren en volgt een advies aan het college van bestuur. Afhankelijk van de uitkomst wordt dan bepaald hoe dit verder wordt teruggekoppeld aan de organisatie.
Auteur: Petra Merkx